‘Je doet je werk goed maar je bent een eikel’
Iedereen buitelt over elkaar heen om iets te vinden van ongepast gedrag op het werk. Niet in de laatste plaats omdat een nieuw verdienmodel zich aandient. Ik kijk er met enige verbazing naar. We hebben decennia ons best gedaan om het mens-zijn uit het werk te halen. HR (Human Resources) voorop.
De enige werkelijkheid waarmee we werken is de formele, objectiveerbare en onpersoonlijke werkelijkheid: de bovenstroom. Mensen vervullen functies. Functies suggereren een beheers- en voorspelbare uitkomst. Omdat houding en gedrag lastig zijn te formaliseren en te objectiveren laten we die maximaal buiten beschouwing. Niet alleen in functies maar vaak ook bij functioneren en beoordelen.
De ongemakkelijke informele, subjectieve, (inter-)persoonlijke onderstroom wordt structureel genegeerd.
Zowel in mijn HR- als ook arbeidsrechtelijke rol word ik regelmatig met het bovenstaande geconfronteerd. Regelmatig in de zin van ‘je doet je werk goed maar je bent een eikel’. Bovenstroom ok, onderstroom niet ok.
Even regelmatig stelt dan degene op wie de conclusie van toepassing is: Ok, ik doe mijn werk goed dus je moet niet zeuren. Wanneer ik dan zeg dat de betrokkene zijn werk blijkbaar niet goed doet omdat houding en gedrag daarvan een belangrijk, lees steeds belangrijker onderdeel van uitmaken, voelen mijn beide gesprekspartners zich ongemakkelijk.
Terug naar mijn verbazing. We komen niet tot de noodzakelijke verandering wanneer we ons voor de zoveelste keer storten op symptoombestrijding. Nog meer regels, nog meer protocollen, nog meer bovenstroom en nog meer derde-betrokkenen.
Het wordt m.i. tijd dat we accepteren dat ons mens zijn een essentieel onderdeel uitmaakt van werken. Dat boven- en onderstroom niet zonder gevolgen van elkaar kunnen worden losgemaakt.
Je bent een eikel en daarmee doe je dus jouw werk niet goed. Dat heeft gevolgen.